Augustus opgedragen aan God de Vader. Vraag de Vader om genade te vragen

O Allerheiligste Vader, almachtige en barmhartige God, nederig voor u ter aarde geworpen, ik aanbid u met heel mijn hart. Maar wie ben ik dat ik mijn stem durf te verheffen tot jou? O God, mijn God... ik ben uw minste schepsel, oneindig onwaardig gemaakt voor mijn ontelbare zonden. Maar ik weet dat je oneindig veel van me houdt. Ah, dat klopt; je hebt me gemaakt zoals ik ben, me uit het niets getrokken, met oneindige goedheid; en het is ook waar dat je je Goddelijke Zoon Jezus voor mij aan het kruis hebt gegeven; en het is waar dat u mij toen met hem de Heilige Geest gaf, om het in mij uit te roepen met onuitsprekelijke kreunen, en om mij de zekerheid te geven door u in uw zoon te worden opgenomen, en het vertrouwen om u te noemen: Vader! en nu bereid je, eeuwig en immens, mijn geluk in de hemel voor. Maar het is ook waar dat u mij door de mond van uw Zoon Jezus zelf met koninklijke grootmoedigheid wilde verzekeren dat wat ik u ook vroeg in Zijn Naam, u het mij zou hebben verleend. Nu, o mijn Vader, door uw oneindige goedheid en barmhartigheid, in de Naam van Jezus, in de Naam van Jezus... vraag ik u allereerst om de goede geest, de geest van uw Eniggeborene Zelf, zodat ik mezelf kan noemen en waarlijk je zoon zijn, en je waardiger noemen: Mijn Vader!... en dan vraag ik je om een ​​bijzondere genade (hier leggen we uit waar we om vragen). Ontvang mij, o goede vader, in het aantal van uw favoriete kinderen; laat me echt meer en meer van je houden, werken voor de heiliging van je naam, en dan komen om je te loven en te bedanken voor altijd in de hemel.

O meest beminnelijke Vader, hoor in de naam van Jezus ons. (drie keer)

O Maria, eerste dochter van God, bid voor ons.