Wat zegt de koran over Jezus?

In de koran staan ​​veel verhalen over het leven en de leer van Jezus Christus (in het Arabisch 'Isa' genoemd). De koran herinnert zich zijn wonderbaarlijke geboorte, zijn leringen, de wonderen die hij verrichtte door concessie van God en zijn leven als een gerespecteerde profeet van God. De koran herinnert zich ook herhaaldelijk dat Jezus een menselijke profeet was die door God was gezonden, en geen deel van God zelf. Hieronder staan ​​enkele directe citaten uit de koran over het leven en de leer van Jezus.

Het was goed
"Hier! De engelen zeiden: 'Oh Maria! God geeft u blijde tijdingen van een Woord van Hem. Zijn naam zal Christus Jezus zijn, de zoon van Maria, die in deze wereld en in het Hiernamaals en in (het gezelschap van) degenen die het dichtst bij God staan, wordt geëerd. Hij zal tot de mensen spreken tijdens de kindertijd en volwassenheid. Hij zal (in gezelschap) zijn van de rechtvaardigen ... En God zal hem het boek en de wijsheid, de wet en het evangelie leren '' (3: 45-48).

Hij was een profeet
'Christus, de zoon van Maria, was niets anders dan een boodschapper; velen waren de boodschappers die voor hem stierven. Haar moeder was een vrouw van waarheid. Ze moesten allebei hun (dagelijkse) eten opeten. Zie hoe God Zijn tekenen aan hen duidelijk maakt; maar zie toch hoe ze misleid worden door de waarheid! '(5:75).

'Hij [Jezus] zei: 'Ik ben inderdaad een dienaar van God. Hij heeft mij openbaring gegeven en mij tot een profeet gemaakt; Hij heeft mij gezegend waar ik ook ben; en hij heeft mij gebed en naastenliefde opgelegd zolang ik leef. Het maakte mij aardig voor mijn moeder, niet aanmatigend of ellendig. Er is dus vrede in mij op de dag dat ik geboren word, de dag dat ik sterf en de dag dat ik (opnieuw) herrijs! 'Zo was Jezus, de zoon van Maria. Het is een waarheidsverklaring, waarover zij (tevergeefs) discussiëren. Het past niet bij (de majesteit van) God dat hij een zoon verwekt. Glorie zij Hem! Als hij een besluit neemt, zegt hij alleen maar: ‘Wees’, en het is’ (19:30-35).

Hij was een nederige dienstknecht van God
"En hier! God zal zeggen [dat wil zeggen, op de Dag des Oordeels]: 'O Jezus, de zoon van Maria! Zei je tegen de mensen dat ze mij en mijn moeder als goden moesten aanbidden, in afwijking van God?' Hij zal zeggen: “Glorie voor jou! Ik zou nooit kunnen zeggen waar ik geen recht op had (om te zeggen). Als ik zoiets had gezegd, had je het echt geweten. Je weet wat er in mijn hart zit, ook al weet ik niet wat er in het jouwe zit. Omdat jij alles wat verborgen is volledig kent. Ik heb nooit iets tegen hen gezegd behalve wat u mij opdroeg te zeggen: “Aanbid God, mijn Heer en uw Heer.” En ik was getuige van hen terwijl ik tussen hen woonde. Toen u mij meenam, was u de waker over hen en bent u een getuige van alle dingen” (5:116-117).

Zijn leer
“Toen Jezus met duidelijke tekenen kwam, zei hij: 'Nu ben ik naar jullie toe gekomen met wijsheid en om voor jullie enkele punten te verduidelijken waarover we moeten discussiëren. Vrees daarom God en gehoorzaam mij. God, Hij is mijn Heer en jouw Heer, dus aanbid Hem – dit is een Rechte Weg. ' Maar de sekten raakten onderling in onenigheid. Wee dus de overtreders, vanwege de bestraffing van een smartelijke dag! ” (43:63-65)