Medjugorje: de speciale uitnodiging van Onze Lieve Vrouw

Bericht van 25 januari 1987
Lieve kinderen, ik wil je uitnodigen om vanaf vandaag een nieuw leven te gaan leiden. Lieve kinderen, ik wil dat je begrijpt dat God ieder van jullie heeft gekozen in zijn heilsplan voor de mensheid. Je kunt niet begrijpen hoe geweldig je persoon is in Gods plan. Daarom, lieve kinderen, bid dat je door te bidden zult begrijpen wat je dan moet doen volgens het plan van God. Ik ben met je zodat je alles kunt bereiken. Bedankt voor het beantwoorden van mijn oproep!
Enkele passages uit de Bijbel die ons kunnen helpen deze boodschap te begrijpen.
Psalm 32
Verblijd u, rechtvaardig in de Heer; lof past bij de oprechten. Prijs de Heer met de harp, terwijl de tiensnarige harp voor hem wordt gezongen. Zing een nieuw lied voor de Heer, speel de harp met kunst en bijval. Want oprecht is het woord van de Heer en al zijn werken trouw. Hij houdt van wet en gerechtigheid, de aarde is vol van zijn genade. Door het woord van de Heer werden de hemelen gemaakt, door de adem van zijn mond elke menigte van hen. Net als in een huidfles, verzamelt het de wateren van de zee, sluit het de diepten in reserves. De Heer vreest de hele aarde, laat de bewoners van de wereld voor hem beven, want hij spreekt en alles wordt gedaan, geboden en alles bestaat. De Heer annuleert de plannen van de naties, maakt de plannen van de mensen ijdel. Maar het plan van de Heer blijft voor altijd bestaan, de gedachten van zijn hart voor alle generaties. Gezegend is de natie wiens God de Heer is, de mensen die zichzelf als erfgenamen hebben gekozen. De Heer kijkt vanuit de hemel, hij ziet alle mensen. Vanuit de plaats van zijn woning onderzoekt hij alle bewoners van de aarde, hij die alleen hun hart heeft gevormd en al hun werken begrijpt. De koning wordt niet gered door een sterk leger, noch is hij dapper door zijn grote kracht. Het paard profiteert niet van de overwinning, met al zijn kracht kan hij niet redden. Zie, het oog van de Heer waakt over degenen die hem vrezen, die op zijn genade hopen, hem van de dood te bevrijden en hem te voeden in tijden van honger. Onze ziel wacht op de Heer, hij is onze hulp en ons schild. Ons hart verheugt zich in hem en we vertrouwen op zijn heilige naam. Heer, moge uw genade op ons zijn, omdat we op u hopen.
Judith 8,16-17
16 En u pretendeert niet de plannen van de Heer, onze God, te plegen, want God is niet zoals een man die bedreigingen en druk kan worden gemaakt als een mens. 17 Laten we daarom vol vertrouwen wachten op de redding die van hem komt, laten we hem smeken om ons te hulp te komen en naar onze roep te luisteren als hij dat wil.