Ontdek wat Gods soevereiniteit werkelijk betekent in de Bijbel

De soevereiniteit van God betekent dat God als heerser van het universum vrij is en het recht heeft om te doen wat hij wil. Hij is niet gebonden aan of beperkt door de voorschriften van zijn geschapen wezens. Bovendien heeft hij volledige controle over alles wat hier op aarde gebeurt. Gods wil is de uiteindelijke oorzaak van alle dingen.

Soevereiniteit (uitgesproken als SOV ur un tee) wordt in de Bijbel vaak uitgedrukt in de taal van het koningschap: God regeert en regeert over het hele Universum. Het is niet tegen te gaan. Hij is de Heer van hemel en aarde. Hij troont en zijn troon is een symbool van zijn soevereiniteit. Gods wil is oppermachtig.

Een obstakel
Gods soevereiniteit is een obstakel voor atheïsten en niet-gelovigen die eisen dat als God de volledige controle heeft, Hij al het kwaad en lijden uit de wereld zal elimineren. Het antwoord van de christen is dat Gods soevereiniteit het menselijk begrip te boven gaat. De menselijke geest kan niet begrijpen waarom God kwaad en lijden toestaat; in plaats daarvan zijn we geroepen om geloof en vertrouwen te hebben in de goedheid en liefde van God.

Gods goede doel
Het resultaat van vertrouwen in Gods soevereiniteit is weten dat zijn goede doelen zullen worden bereikt. Niets kan Gods plan in de weg staan; de geschiedenis zal worden uitgewerkt volgens Gods wil:

Romeinen 8:28
En we weten dat God het allemaal laat samenwerken voor het welzijn van degenen die God liefhebben en geroepen zijn in overeenstemming met zijn bedoeling met hen. (NLT)
Efeziërs 1:11
Bovendien hebben we, omdat we verenigd zijn met Christus, een erfenis van God ontvangen, omdat hij ons van tevoren heeft gekozen en alles volgens zijn plan laat verlopen. (NLT)

Gods bedoelingen zijn de belangrijkste realiteit in het leven van de christen. Ons nieuwe leven in Gods Geest is gebaseerd op zijn bedoelingen met ons, en omvat soms lijden. Uitdagingen in dit leven hebben een doel in Gods soevereine plan:

Jakobus 1:2–4, 12
Dierbare broeders en zusters, wanneer er zich moeilijkheden voordoen, beschouw die dan als een kans op grote vreugde. Omdat je weet dat wanneer je geloof op de proef wordt gesteld, je weerstand de kans krijgt om te groeien. Dus laat het groeien, want wanneer je uithoudingsvermogen volledig ontwikkeld is, zul je perfect en compleet zijn, niets nodig hebben... God zegene hen die geduldig beproevingen en verleidingen doorstaan. Zij zullen later de kroon van het leven ontvangen die God heeft beloofd aan hen die van hem houden. (NLT)
Gods soevereiniteit roept een puzzel op
Gods soevereiniteit roept ook een theologisch raadsel op: als God werkelijk alles controleert, hoe kunnen mensen dan een vrije wil hebben? Uit de Schrift en het dagelijks leven blijkt duidelijk dat mensen een vrije wil hebben. We maken zowel goede als slechte keuzes. De Heilige Geest beweegt het menselijk hart er echter toe om voor God te kiezen, een goede keuze. In de voorbeelden van koning David en de apostel Paulus werkt God zelfs met de slechte keuzes van de mens om het leven om te keren.

De lelijke waarheid is dat zondige mensen niets verdienen van een heilige God. We kunnen God niet manipuleren in gebed. We kunnen geen rijk en pijnloos leven verwachten, zoals aangeprezen door het welvaartsevangelie. Evenmin kunnen we verwachten de hemel te bereiken omdat we een "goed mens" zijn. Jezus Christus is ons gegeven als de weg naar de hemel. (Johannes 14:6)

Een deel van Gods soevereiniteit is dat ondanks onze onwaardigheid, Hij er nog steeds voor kiest om van ons te houden en ons te redden. Hij geeft iedereen de vrijheid om zijn liefde te accepteren of af te wijzen.

Bijbelverzen over de soevereiniteit van God
Gods soevereiniteit wordt ondersteund door veel bijbelverzen, waaronder:

Jesaja 46:9-11
Ik ben God en er is geen ander; Ik ben God en er is niemand zoals ik. Ik maak het einde vanaf het begin bekend, vanaf de dagen van weleer, wat nog moet komen. Ik zeg: "Mijn doel blijft en ik zal doen wat ik wil." … Wat ik heb gezegd, zal ik volbrengen; wat ik heb gepland, zal ik doen. (NIV)
Psalm 115:3 De
onze God is in de hemel; hij doet wat hij leuk vindt. (NIV)
Daniël 4:35
Alle volkeren van de aarde worden als niets beschouwd. Hij doet wat hij wil met de machten van de hemel en de volkeren van de aarde. Niemand kan zijn hand vasthouden of tegen hem zeggen: "Wat heb je gedaan?" (NIV)
Romeinen 9:20
Maar wie ben jij, mens, om verantwoording af te leggen aan God? "Wat is gevormd, zegt tegen zijn voormalige: 'Waarom heb je me zo gemaakt?'" (NIV)