Evangelie van 13 september 2018

Eerste brief van Paulus de apostel aan de Korinthiërs 8,2-7.11-13-XNUMX.
Broeders, de wetenschap zwelt aan, terwijl de naastenliefde opbouwt. Als iemand gelooft dat hij iets weet, heeft hij het nog niet geleerd.
Degenen die van God houden, zijn hem bekend.
Wat betreft het eten van vlees dat aan afgoden is verheerlijkt, we weten dat er geen afgod in de wereld is en dat er maar één God is.
En eigenlijk, hoewel er zogenaamde goden zijn zowel in de hemel als op aarde, en in feite zijn er veel goden en vele heren,
voor ons is er maar één God, de Vader, van wie alles komt en wij zijn voor hem; en één Heer Jezus Christus, op grond waarvan alle dingen bestaan ​​en wij voor hem bestaan.
Maar niet iedereen heeft deze wetenschap; sommigen eten, vanwege de gewoonte tot nu toe met afgoden, vlees alsof ze werkelijk aan afgoden waren onderworpen, en dus blijft hun bewustzijn, hoe zwak het ook is, besmet.
En zie, voor uw wetenschap brak de zwakke, brak, een broer voor wie Christus stierf!
Door te zondigen tegen de broeders en hun zwak geweten te verwonden, zondigt u tegen Christus.
Om deze reden, als een voedsel mijn broer schandalig maakt, zal ik nooit meer vlees eten, om mijn broer geen schandaal te bezorgen.

Salmi 139(138),1-3.13-14ab.23-24.
Heer, u onderzoekt me en u kent me,
je weet wanneer ik zit en wanneer ik opsta.
Dring van ver in mijn gedachten,
je kijkt me aan als ik loop en als ik rust.
Al mijn wegen zijn je bekend.

Jij bent degene die mijn ingewanden heeft gemaakt
en je hebt me in mijn moeders borst geweven.
Ik prijs je, omdat je me als een wonderkind hebt gemaakt;
prachtig zijn uw werken,

Kijk naar mij, God, en ken mijn hart,
probeer me en ken mijn gedachten:
kijk of ik een pad van leugens bewandel
en leid me op de manier van leven.

Uit het evangelie van Jezus Christus volgens Lucas 6,27-38.
In die tijd zei Jezus tegen zijn discipelen: "Tot jullie die luisteren, zeg ik: heb je vijanden lief, doe goed aan degenen die je haten,
zegen degenen die je vervloeken, bid voor degenen die je slecht behandelen.
Wie u op de wang slaat, wendt u ook de andere; aan degenen die uw mantel uitdoen, weiger de tuniek niet.
Het geeft iedereen die het je vraagt; en aan degenen die de jouwe nemen, vraag er niet om.
Wat je wilt dat mannen met je doen, doe het ook met hen.
Als je van degenen houdt die van je houden, wat voor verdienste heb je dan? Zelfs zondaars doen hetzelfde.
En als je goed doet aan degenen die je goed doen, wat voor verdienste heb je dan? Zelfs zondaars doen hetzelfde.
En als je leent aan degenen van wie je hoopt te ontvangen, wat voor verdienste heb je dan? Zondaars lenen ook aan zondaars om gelijk te ontvangen.
Houd in plaats daarvan van je vijanden, doe goed en leen zonder op iets te hopen, en je prijs zal groot zijn en je zult kinderen van de Allerhoogste zijn; omdat hij welwillend is jegens de ondankbare en de goddelozen.
Wees barmhartig, net zoals uw Vader barmhartig is.
Oordeel niet en u wordt niet beoordeeld; veroordeel niet en u zult niet worden veroordeeld; vergeef en je zult vergeven worden;
geef en het zal je gegeven worden; een goede maat, geperst, geschud en overlopend, wordt in je baarmoeder gegoten, want met de maat waarmee je meet, wordt hij in ruil voor jou gemeten ».