Evangelie van 17 november 2018

Derde brief van St. John de apostel 1,5-8.
Liefste, je gedraagt ​​je trouw bij alles wat je doet ten gunste van je broers, zelfs als het vreemden zijn.
Zij hebben voor de kerk van uw naastenliefde getuigd, en u zult er goed aan doen hen op de reis te voorzien op een manier die God waardig is,
omdat ze vertrokken uit liefde voor de naam van Christus, zonder iets van de heidenen te aanvaarden.
Daarom moeten we zulke mensen verwelkomen om mee te werken aan het verspreiden van de waarheid.

Salmi 112(111),1-2.3-4.5-6.
Gezegend is de man die de Heer vreest
en vindt grote vreugde in zijn geboden.
Zijn afkomst zal krachtig zijn op aarde,
de nakomelingen van de rechtvaardigen zullen gezegend worden.

Eer en rijkdom in zijn huis,
zijn gerechtigheid blijft voor altijd.
Spruit in de duisternis als een licht voor de rechtvaardigen,
goed, barmhartig en rechtvaardig.

Gelukkig zielige man die leent,
beheert zijn bezittingen met recht.
Hij zal niet eeuwig wankelen:
de rechtvaardigen zullen altijd herinnerd worden.

Uit het evangelie van Jezus Christus volgens Lucas 18,1-8.
In die tijd vertelde Jezus zijn discipelen een gelijkenis over de noodzaak om altijd te bidden zonder moe te worden:
“Er was een rechter in een stad, die God niet vreesde en niemand respecteerde.
In die stad was er ook een weduwe die naar hem toe kwam en tegen hem zei: Doe mij recht tegen mijn tegenstander.
Een tijdlang wilde hij het niet; maar toen zei hij bij zichzelf: zelfs als ik God niet vrees en voor niemand respect heb,
aangezien deze weduwe zo lastig is, zal ik haar recht doen, anders komt ze mij voortdurend lastig vallen. '
En de Heer zei: 'Je hebt gehoord wat de oneerlijke rechter zegt.
En zal God geen recht doen aan zijn uitverkorenen die dag en nacht tot hem roepen en hen lang laten wachten?
Ik zeg je dat hij ze prompt recht zal doen. Maar als de Zoon des mensen komt, zal hij dan geloof op aarde vinden? ».