Evangelie van 2 januari 2019

Eerste brief van Johannes de apostel 2,22-28.
Dierbaren, wie is de leugenaar, zo niet degene die ontkent dat Jezus de Christus is? De antichrist is degene die de Vader en de Zoon ontkent.
Wie de Zoon ontkent, bezit zelfs de Vader niet; wie zijn geloof in de Zoon belijdt, bezit ook de Vader.
Wat jou betreft, alles wat je vanaf het begin hoorde, blijft in jou. Als wat je vanaf het begin hebt gehoord in je blijft, blijf jij ook in de Zoon en de Vader.
En dit is de belofte die hij ons heeft gedaan: eeuwig leven.
Dit heb ik u geschreven over degenen die u proberen te misleiden.
En wat jou betreft, de zalving die je van hem hebt ontvangen blijft in jou en je hebt niemand nodig om je te onderwijzen; maar zoals zijn zalving u alles leert, is het waarheidsgetrouw en liegt het niet, dus sta vast in hem, zoals het u leert.
En nu, kinderen, blijf in hem, want we kunnen hem vertrouwen wanneer hij verschijnt en we schamen ons niet voor zijn komst.

Salmi 98(97),1.2-3ab.3cd-4.
Zing een nieuw lied voor de Heer,
omdat hij wonderen heeft verricht.
Zijn rechterhand bezorgde hem de overwinning
en zijn heilige arm.

De Heer heeft zijn redding openbaar gemaakt,
in de ogen van mensen heeft hij zijn gerechtigheid geopenbaard.
Hij herinnerde zich zijn liefde,
van zijn loyaliteit aan het huis van Israël.

Alle uiteinden van de aarde hebben gezien
de redding van onze God.
Loof de hele aarde aan de Heer,
schreeuw, verheug je met liederen van vreugde.

Uit het evangelie van Jezus Christus volgens Johannes 1,19-28.
Dit is Johannes 'getuigenis, toen de joden priesters en levieten uit Jeruzalem stuurden om hem te vragen:' Wie ben jij? '
Hij bekende en loochende het niet, en bekende: 'Ik ben de Christus niet'.
Vervolgens vroegen ze hem: 'Wat dan? Ben jij Elia? » Hij antwoordde: 'Dat ben ik niet.' 'Ben jij de profeet?' Hij antwoordde: 'Nee.'
Dus zeiden ze tegen hem: "Wie ben jij?" Omdat we een antwoord kunnen geven aan degenen die ons hebben gestuurd. Wat zegt u over uzelf? »
Hij antwoordde: "Ik ben de stem van iemand die roept in de woestijn: Bereid de weg van de Heer voor, zoals de profeet Jesaja zei."
Ze waren door de Farizeeën gestuurd.
Ze vroegen hem en zeiden tegen hem: "Waarom doop je dan als je niet de Christus bent, noch Elia, noch de profeet?"
Johannes antwoordde hen: «Ik doop met water, maar onder u is er een die u niet kent,
iemand die na mij komt, aan wie ik het niet waard ben om de stropdas van de sandaal los te maken. "
Dit gebeurde in Betània, voorbij de Jordaan, waar Giovanni doopte.