Evangelie van 28 juli 2018

Zaterdag van de XNUMXe week van vakantie in gewone tijd

Boek van Jeremia 7,1-11.
Dit is het woord dat de Heer tot Jeremia richtte:
'Stop bij de deur van de tempel van de Heer en daar houdt hij deze toespraak en zegt: Hoor het woord van de Heer, jullie allemaal van Juda die door deze deuren gaan om je neer te knielen voor de Heer.
Zo zegt de Heer der heerscharen, de God van Israël: Verbeter uw gedrag en uw daden, en ik zal u op deze plaats laten wonen.
Vertrouw daarom niet op de leugenachtige woorden van degenen die zeggen: Tempel van de Heer, tempel van de Heer, tempel van de Heer is dit!
Want als u werkelijk uw gedrag en uw daden wilt veranderen, als u werkelijk rechtvaardige zinnen wilt uitspreken tussen een man en zijn tegenstander;
als je de vreemdeling, de wees en de weduwe niet onderdrukt, als je op deze plek geen onschuldig bloed vergiet en als je geen andere goden volgt tot je ongeluk,
Ik zal je op deze plek laten wonen, in het land dat ik je vaderen voor een lange tijd en voor altijd heb gegeven.
Maar u vertrouwt op valse woorden en het zal u niet helpen:
stelen, doden, overspel plegen, vals vloeken, wierook branden voor Baäl, andere goden volgen die je niet kende.
Kom dan en presenteer u in mijn aanwezigheid in deze tempel, die zijn naam aan mij ontleent, en zeg: Wij zijn gered! om dan al deze gruwelen uit te voeren.
Misschien is deze naar mij vernoemde tempel in jouw ogen een dievenhol? Ook hier zie ik dit allemaal ”.

Salmi 84(83),3.4.5-6a.8a.11.
Mijn ziel kwijnt weg en verlangt
de hoven van de Heer.
Mijn hart en mijn vlees
verheug je in de levende God.

Zelfs de mus vindt een thuis,
de zwaluw het nest, waar zijn jongen te leggen,
bij uw altaren, Heer der heerscharen,
mijn koning en mijn god.

Zalig zijn degenen die bij u thuis wonen:
zing altijd uw lof!
Gezegend hij die zijn kracht in jou vindt;
zijn kracht groeit gaandeweg.

Voor mij op een dag in je lobby's
is meer dan duizend elders,
sta op de drempel van mijn Gods huis
het is beter dan in de tenten van de goddelozen te wonen.

Uit het evangelie van Jezus Christus volgens Matteüs 13,24-30.
In die tijd legde Jezus de menigte een woord voor: „Het koninkrijk des hemels kan worden vergeleken met een man die goed zaad in zijn akker zaaide.
Maar terwijl iedereen sliep, kwam zijn vijand, zaaide onkruid tussen de tarwe en ging weg.
Toen de oogst bloeide en vruchten voortbracht, verscheen ook het onkruid.
Toen gingen de knechten naar de heer des huizes en zeiden tegen hem: Meester, hebt u geen goed zaad op uw akker gezaaid? Waar komt het onkruid dan vandaan?
En hij antwoordde hen: Een vijand heeft dit gedaan. En de knechten zeiden tegen hem: Wilt u dat wij het dan gaan ophalen?
Nee, antwoordde hij, zodat je, door het onkruid te verzamelen, de tarwe ermee ontwortelt.
Laat de een en de ander samen opgroeien tot de oogst en op het moment van de oogst zal ik tegen de oogsters zeggen: Pluk eerst het onkruid en bind ze in bundels om ze te verbranden; zet in plaats daarvan de tarwe in mijn schuur ».